Deze vlag is een van de topstukken van de Nederlandse feministische beweging. Hij hangt sinds kort in de expositie van Fré Cohen. Bij de opening moest Museum Het Schip het nog doen met een grote foto. Twee maanden later kan echter de vlag in volle ornaat getoond worden. De vlag is onderdeel van de collectie van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG). Aanvankelijk was niet bekend dat de vlag van Fré Cohen was. Door het onderzoek voor de expositie is dat echter duidelijk geworden. Daardoor kan de vlag nu een prominente plaats in de expositie innemen.
Uit het onderzoek is verder gebleken dat de vlag heel belangrijk is geweest binnen de vrouwenbeweging. De Bond van Sociaal-Democratische Vrouwenclubs zetten zich in voor de emancipatie van vrouwen. Het algemeen kiesrecht voor vrouwen was al in 1919 binnengehaald, maar op het gebied van gelijke rechten tussen mannen en vrouwen moest er nog veel gebeuren. Fré Cohen was nauw bij de strijd van de Sociaal Democratische Vrouwenclubs betrokken. Ze maakte tekeningen voor het blad De Proletarisch Vrouw en ontwierp menig boekomslag voor de Vrouwenbibliotheek en uitgaves van bekende feministen.
Zij heeft de vlag rond 1928 ontworpen. In de jaren dertig werd de vlag nog inzet van een politieke strijd omdat het vanwege het nieuwe ‘uniformverbod’ verboden was om politiek geladen materialen op demonstraties of manifestaties te tonen. Twee vrouwen moesten zich op 19 januari 1934 voor de rechter verantwoorden omdat ze dat met het dragen van de vlag toch gedaan hadden. Bij de rechtszaak werd Fré Cohen door de advocaat van beide vrouwen als getuige opgeroepen. Ze vertelde toen dat ze bij het ontwerpen slechts had gedacht aan een ‘zuiver decoratieve oplossing’ en dat zij daarbij geïnspireerd was door ‘een algemeen idealisme’. Op een vraag van de rechter over de kleur rood vertelde ze dat ze die kleur fris vond. De rechter grapte daarop: ‘En toen heeft u er wat witte vlammetjes op getekend en u nam wat groen, de kleur van hoop’. Fré Cohen: ‘Daar heb ik niet eens bij nagedacht’. De officier van justitie daarop: ‘Wat had u gedaan als u een vlag voor een schaakclub had moeten ontwerpen’. ‘Dan had de juffrouw er misschien wel een koning opgetekend’, meende de kantonrechter, die wel wilde aannemen dat Fré Cohen uitsluitend artistiek geïnspireerd was
De kranten schonken veel aandacht aan deze enigszins hilarische rechtszaak. Uiteindelijk werden beide vrouwen vrijgesproken. Het tijdschrift De Proletarische Vrouw schreef naar aanleiding van de zitting dat toen de bondsvlag voor de kantonrechter geheel werd uitgespreid, de aanwezige vrouwen van de bond zich afvroegen of zij de vlag zelf wel genoeg waardeerden: ‘Niet alleen de schoonheid ervan’ maar ‘ook haar waarde voor de beweging’.